Tip basisfotografie: compositie

Met de moderne spiegelreflexcamera en al haar mogelijkheden, heb je als fotograaf extra tijd om je te concentreren op de compositie in je foto. Door een beetje oog te krijgen voor een goede compositie, kun je snel en gemakkelijk de kwaliteit van je foto’s verbeteren. Eigenlijk geldt: alles mag en niets moet. Vaak is compositie een kwestie van smaak en gevoel. 

Toch zijn er wel een aantal zaken die je een beetje op weg kunnen helpen, om creatiever om te gaan met compositie. 

Eerder kon je al een artikel lezen over compositie in landschapsfoto’s. Daarin wordt de regel van derden uitgelegd en welke invloed de plaatsing van de horizon in je landschapsfoto's heeft. 

Om de Regel van Derden te gebruiken deel je een foto op in negen vlakken. Dit doen je door (denkbeeldig) twee lijnen over je beeld te tekenen op gelijke afstand van elkaar en van de rand. Dit doe je zowel horizontaal als verticaal. Wanneer je een compositie maakt gebruik je deze lijnen om je onderwerp te plaatsen.

Je kunt een onderwerp op één of meer van de lijnen plaatsen. Het beste punt om je onderwerp te plaatsen is op (één van) de punten waar de lijnen elkaar kruisen. Veel eenvoudiger kan het maken van een goede compositie amper worden.

Zo kun je bij het maken van een portret, de persoon die je wilt fotograferen eens links of rechts van het midden plaatsen, waarbij je gebruik maakt van de denkbeeldige lijnen, in plaats van helemaal in het midden. Vaak levert dit een spannender plaatje op. 

Voorbeeld van een plaatje waarin zowel gebruik is gemaakt van de regel van derden,
als een  vogelperspectief.

Andere tips waar je op kunt letten bij het maken van een goede compositie zijn: 

Variëren met standpunt 
Er zijn veel situaties waarin een eenvoudige verandering van het standpunt een totaal andere foto oplevert. Het standpunt is de plaats waarvandaan de foto wordt genomen. Door je standpunt te variëren, kun je het effect van een foto sterk veranderen. Voor het creëren van een beter standpunt hoef je alleen maar even goed na te denken over waar je het beste kunt gaan staan en hoe je de voorgrond het beste kunt benutten. In veel gevallen kun je details in de voorgrond opnemen door de camera wat naar voren te kantelen of door een stap opzij te doen. Zulke kleine veranderingen, die bij het fotograferen misschien onbelangrijk lijken, kunnen nu juist het verschil uitmaken tussen een interessante en een saaie foto. 

Perspectief
Speel ook eens met het perspectief dat je kiest. Je kunt bijvoorbeeld fotograferen vanuit een heel lage positie (kikvorsperspectief), of vanuit een hoge positie (vogelperspectief). 

Een laag perspectief geeft weer een heel ander beeld

Kies een blikvanger
Kies voor een centraal onderwerp in je foto en kies een standpunt waarbij het onderwerp optimaal op de foto komt. Bekijk het onderwerp, de voorgrond en de achtergrond goed om er voor te zorgen dat er geen ongewenste elementen in beeld komen. Soms overschaduwt de achtergrond het eigenlijke onderwerp. Storende elementen kun je vaak gemakkelijk omzeilen door een stapje opzij te doen. Soms is er geen sprake van storende elementen, maar kun je je afvragen of de achtergrond wel interessant genoeg is. Het kan dan aardig zijn om te wisselen van brandpunt. Met een telelens kun je de achtergrond bijvoorbeeld onscherp maken, wat weer een andere foto oplevert dan met een groothoeklens. 

Mooie luchten 
Is de lucht op de achtergrond in beeld? Als er wolken te zien zijn, is het vaak mooier om deze scherp en gedetailleerd te houden. Het gebruik van een polarisatiefilter kan hierbij helpen, zo worden je landschapsfoto’s niet vlak.

Deze tip werd mogelijk gemaakt door De Fotokunst Galerie